
Gemeente van onze Heer Jezus Christus,
Afgelopen woensdag mocht ik namens onze gemeente een zegen uitspreken over het huwelijk van twee jonge mensen. Vanwege die corona kon dat helaas niet hier in deze kerk, maar moest het op locatie in Hellendoorn. Vanwege corona kon ik ook geen ouderling en diaken meenemen, iets wat ik een principieel gemis vind, omdat de ouderling en diaken uitdrukken dat het zegenen van een bruidspaar geen particulier onderonsje is tussen de huwelijkspartners en de voorganger, maar dat het iets is wat gebeurt in het midden en namens onze gemeente. Maar goed het was even niet anders en dus moest ik ook zelf de huwelijksbijbel overhandigen, iets wat normaal de ouderling doet. Daar sta je dan met zo’n bijbel in een speciale huwelijksuitvoering. Ik vertelde er een paar mooie woorden bij, gaf het bruidspaar in de hoop dat ze er ook iets mee zouden doen. In dit geval heb ik daar overigens alle vertrouwen in, maar toch, terwijl ik daar zo stond vroeg ik me ook af: wat doe ik doe nu eigenlijk, wat geef ik nu eigenlijk: een boek, ja, maar is dat boek alleen wel genoeg. Hoort er eigenlijk ook niet een soort gebruiksaanwijzing bij en is dat boek wel geschikt om zomaar even te lezen of moet je dat juist doen in gemeenschap zoals hier vanmorgen. Stel dat de bijbel voor iemand totaal onbekend is, waar begin je dan? Begin je vooraan, op de eerste bladzijde, zoals je een normaal boek leest. Ik zal u eerlijk bekennen dat ik zelf de bijbel nog nooit op die manier gelezen heb, van voor naar achter en dus kom zelfs ik nog wel eens stukjes tegen waarvan ik niet wist dat het er in stond. Van voor naar achter lezen zou ik iemand niet aanraden. Het is een hele opgave en ik vraag me af of je dat in je eentje volhoudt, want je komt ook passages tegen met ellenlange lijsten en opsommingen. Maar als je niet van voor naar achter leest, hoe dan wel? Zou je de bijbel misschien kunnen gebruiken als een als een soort van encyclopedie, een boek vol interessante wetenswaardigheden. Sommige bijbeluitgaven bevatten een soort van register van onderwerpen die je zou kunnen opzoeken. Wil je iets weten over angst, kijk dan op pagina zoveel, wil je iets weten over schuld, kijk dan daar enz… Maar kan dat eigenlijk wel? Is de bijbel wel bedoeld als bron van kennis, als een handleiding voor het leven, een soort van receptenboek? Ik denk zelf van niet en bovendien is het altijd goed om je ook eens af te vragen wie die lijstjes eigenlijk gemaakt hebben, want voor veel onderwerpen kun je net zo goed verwijzen naar een andere tekst uit de bijbel en daar lees je misschien iets heel anders. Kortom de bijbel is lang niet zo duidelijk en eenduidig als die lijstjes doen geloven. Maar goed, als je niet van voren naar achteren leest, als je geen gebruik maakt van lijstjes of een rooster, hoe lees je die bijbel dan wel? Is “goddelijke ingeving” misschien een methode? Ik weet dat er mensen zijn die de bijbel gewoon ergens laten opvallen, net zoals je een tarotkaart trekt uit een stapel kaarten. Als je geluk hebt tref je er misschien een mooie tekst aan die je kan inspireren, maar wat als je minder geluk hebt, dan belandt je misschien wel ergens midden in Leviticus bij al die geboden en voorschriften die te maken hebben met de offercultus die al lang niet meer bestaat. Wat moet je daar dan mee? Kortom hoe lees je de bijbel, dat boek dat bestaat uit verschillende teksten van uiteenlopende aard, uit wetten, gedichten, liederen, stukjes geschiedenis, brieven, evangelies, apocalypsen, sprookjes, volksverhalen, gelijkenissen, ja alle soorten van genres zitten er wel in, het is dan ook letterlijk een biblia, een hele bibliotheek. Trouwens dit is niet alleen een vraag waar mensen tegen aan lopen die nog nooit een bijbel hebben gezien, nee, het is ook een vraag die christenen kan bezig houden, juist mensen die al sinds hun kindertijd vertrouwd zijn met dit boek. Afgelopen week bijvoorbeeld vertelde iemand mij dat hij moeite had met dat eerste deel van de bijbel, het oude testament, dat deel dat vol staat met geweld, oorlogen enz, wat moet ik daarmee, was de vraag? Kortom: hoe lees je de bijbel is dus een uiterst actuele vraag en ik denk zeker in een tijd als de onze. Kan de bijbel ons bijvoorbeeld richting geven bij de vele problemen en vragen waar wij in onze tijd mee te maken hebben? Straks na de preek luisteren we naar het lied: in de veelheid van geluiden, in het stormen van de tijd… Die woorden geven treffend aan in wat voor wereld wij leven. Van alle kanten worden wij bestookt met meningen, verhalen, feiten en soms ook nepfeiten, nepnieuws. We hebben te maken met grote maatschappelijke vraagstukken als armoede in de wereld, oorlog en vrede, maar ook ethische vragen rondom het begin en einde van het leven, vragen die ook kunnen gaan spelen rondom corona. Kortom we leven in een wereld die ongelofelijk complex is en waar het niet makkelijk is om daarin je eigen weg te vinden, om daarin de juiste keuzes te maken. Kan de bijbel nu daarin behulpzaam zijn? Die vraag is overigens niet nieuw en speelde al in de tijd van Jezus. Wat wij nu de bijbel noemen bestond in die vorm in de dagen van Jezus nog niet, maar wel waren er de geschriften van het Oude Testamen en ook daarvoor gold: hoe ga je om met de voorschriften van Mozes. Hoe ga je om met de beloftes die er in de geschriften gedaan worden in de context van de tijd waarin je leeft. Dat hield mensen toen net zo goed bezig als nu. Sommige mensen meer dan andere, zoals de Farizeeën. We zetten hen vaak weg als muggenzifters, of letterknechten, maar dat is niet helemaal terecht. De Farizeers waren mensen die oprecht zochten naar antwoorden op praktische levensvragen. Ze leefden in een wereld waarin Israel werd bezet door de Romeinen en dan komt vanzelf de vraag op: Hoezo vrijheid, hoezo beloofd land en hoe moeten we nu praktisch met die vreemde bezetter omgaan. Neem de vraag die ze Jezus stellen over het betalen van de belasting. Mag je de romeinse keizer wel belasting betalen? Op de romeinse munt staat de keizer immers afgebeeld als een god. Maar wij mogen toch geen andere goden aanbidden, mag je dan dit geld wel gebruiken? Of neem die vraag naar de opstanding van de doden? Hoe zit dat precies. Als die toekomst, dat rijk van God nu niet te zien is, is dat rijk er dan wel voorbij de dood? Op zichzelf zijn dat helemaal geen gekke vragen. Het zijn vragen die op komen uit de praktijk van het leven, alleen weten de farizeeën ook wel dat een antwoord op die vragen nog niet zo makkelijk is. Het zijn als het ware dilemma’s en een dilemma is juist een vraag waarop eigenlijk geen goed antwoord mogelijk is. Het is niet voor niks dat ze uitgerekend Jezus met dit soort van vragen benaderen. Ze hadden moeite met zijn optreden en wie weet zou hij met dit soort van onmogelijke vragen door de mand vallen. Maar Jezus was zo makkelijk nog niet te vangen. Beide vragen wist hij handig te beantwoorden. Dat alles staat precies in het gedeelte dat voorafgaat aan het stukje dat wij gelezen hebben. In het van vandaag, proberen de farizeeën het daarom nog eens op een andere manier. Eigenlijk onze vraag: hoe lees je de bijbel, hoe lees je de boeken van Mozes? Die geschriften die vol staat met regels, geboden en voorschriften. Regels ook die soms met elkaar in strijd zijn. Ze zijn allemaal van God gegeven, dus allemaal belangrijk, maar als je nou zou moeten kiezen, welke is dan de belangrijkste. Wat is nu de kern, waar alles om draait. En dan volgt het antwoord van Jezus dat ons meer dan bekend is: Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand. Jezus brengt hier heel die bijbel van ons terug op één leidend principe, het principe van de liefde. Wat Jezus hier zegt, is niet nieuw, ook voor de Farizeeën niet. Deze samenvatting van de bijbel heeft ook Mozes al gegeven in het boek Deuteronomium. Het is voor de joden zelfs de centrale geloofsbelijdenis geworden, het beroemde Sjema Israël. Hoor, Israel, de Heer, onze God, de Heer is de enige. Heb daarom de Heer lief met hart en ziel en met inzet van al uw krachten. Ook hier een soort samenvatting van de bijbel, een principe waar alles op terug te voeren is: op God, die één is, de enige of de unieke, en op de liefde tot Hem. Daar ligt de leidraad voor ons leven. Dat is het principe waarmee we in die veelheid van geluiden, in het stormen van de tijd, onze keuzes moeten maken. Waarom? Omdat, als we dat doen, de belofte is dat het ons goed zal gaan. Wat ik u hier vertel is niet nieuw. We hebben het al honderden keren gehoord. Vroeger in de kerkdienst werd het zelfs wekelijks herhaald en ook joden nu doen dat. Twee keer per dag moeten ze dit Sjema Isreal hardop bidden. En elke keer als je ergens een huis binnengaat moet je er ook weer aan herinnerd worden. Daarom wordt deze tekst op een klein papiertje geschreven en in een kokertje gedaan dat aan de deurpost wordt geschroefd, de mezoeza. Ja, het voorschrift luidt dat je deze tekst bij je moeten dragen, in een doosje op je voorhoofd, daar waar het denken zit, en in een doosje dat wordt vastgebonden op je arm, dichtbij bij het hart. Met andere woorden: dit principe van de liefde moet steeds weer het uitgaanspunt zijn van waaruit je leeft. God, de unieke, de enige, liefhebben, dat is het grootste gebod. Toch is er wel iets vreemds aan de hand, want liefhebben als gebod, kan dat wel? Liefhebben is toch niet iets wat je kunt afdwingen, dat moet toch uit je gevoel komen? Ja, maar zo wordt dat hier niet bedoeld. Liefhebben is hier niet zozeer een gevoel, maar heeft meer te maken met het steeds maar weer afstemmen op waar het om gaat, afstemmen op God, en dan niet zomaar een God, maar een God die zich heeft laten kennen als de God van de vrijheid, van de bevrijding. Afstemmen op een God die jouw lief heeft gehad en lief heeft nog voordat jij hem liefhebt. Eigenlijk is dat gebod om God lief te hebben een soort van opdracht om in het leven, bij al die geluiden, en het stormen van de tijd, steeds weer naar die God op zoek te gaan. ’s Morgens als je opstaat, als je naar bed gaat, als je ergens naar binnen gaat. Steeds weer moet je je afstemmen op de God van de liefde, van de vrijheid en dat gaat niet vanzelf, daar moet je wat voor doen, daar moet je je hart voor richten. Ik moest daarbij denken aan die ouderwetse radio’s met zo’n draaiknop en een kattenoog. Jongeren zullen niet weten waar ik het over heb, maar ouderen kennen het nog wel. Om een zender goed te ontvangen moest je net zolang aan de knop draaien totdat het spleetje in het kattenoog heel smal werd, dan was je zuiver afgestemd op de zender. Zo is het ook met God, het gaat om de opdracht om ons hart, dat wil zeggen, ons voelen en denken, onze ziel, dat wil zeggen, wie we zijn, en onze krachten, dat wil zeggen wat we doen, steeds weer op die bevrijdende God af te stemmen. Dat is het grootste gebod. Jezus stelt dit grote gebod gelijk aan een ander gebod en dat is het gebod om je naaste te lief te hebben als jezelf, of anders vertaald, om je naaste lief te hebben, iemand die net zo in elkaar steekt als jij zelf. Voor Jezus horen die twee dingen bij elkaar. Als God ons liefheeft, dan kan het niet anders dan dat wij ook andere mensen moeten liefhebben, pas dan zijn we geschapen naar zijn beeld. Twee geboden dus die een samenvatting geven van alles wat er in de bijbel staat. Twee geboden die een richtsnoer kunnen zijn in deze verwarrende wereld met al zijn meningen, feiten, vragen en problemen.
Lieve mensen, afgelopen donderdag mocht ik een huwelijksbijbel cadeau doen. Eigenlijk een prachtig cadeau, want zonder dat je er ook maar een letter uit gelezen hebt staat het symbool voor het het grootste geschenk dat een mens kan krijgen, een testament van de liefde. De liefde van God voor ons, de liefde van ons voor God en de liefde voor onze naaste. Wie daaruit leeft, wie dat in praktijk brengt heeft de bijbel gelezen en begrepen…
In de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Amen.